Twee weken geleden kwam ik terug van mijn eerste ‘Weissensee ervaring’. Deze ervaring heeft heel veel indruk op mij gemaakt. Sportief gezien waren het tien fantastische dagen. De omgeving was prachtig en bijzonder om te zien dat er een dorp vol mensen is die gek zijn van schaatsen. Hier heb ik kunnen ervaren hoe diep je kunt gaan op een wedstrijd over 200km en hoe ’s avonds iedereen alweer hersteld lijkt te zijn bij de traditionele bingo.
Door Melissa van Pierre
Op zaterdag werd de Aart Koopmans Memorial afgelast en vertrokken wij een dag eerder naar huis dan gepland. Op zondag ging de Zesbanenwedstrijd in Rotterdam gewoon door. Als je op plaats één in het klassement staat en de concurrentie gaat, kun je niet thuis blijven. Zonder teveel verwachtingen vertrok ik richting Rotterdam. Met de warming-up voelde de benen al niet echt zoals ze normaal voor de wedstrijd voelen, maar wat wil je na de Weissensee en een dag na een dertien uur durende autorit.
De wedstrijd ging van start met voorafgaand het standaard praatje van de jury en als klassementsleidster de loze ronde op kop. Wat vervolgens gebeurde heb ik alweer ver weggestopt. Er ontstond een kopgroep in de Rotterdamse tunnel met daarbij alle dames die bovenin het klassement staan, maar ik zat er niet bij. Met het peloton, dat kleiner was dan de kopgroep, probeerden we terug te komen naar de kopgroep, maar tevergeefs. Ik probeerde, maar het lukte mij niet. Mijn bochten liepen niet lekker, had shakende benen en stomme pijntjes die ik niet kende. Na het onverwachts klinken van de bel voor de laatste ronde, werd er nog een soort sprint ingezet waar ik kansloos verloor. Ik wilde letterlijk door het ijs zakken. Ik ben mijzelf in deze wedstrijd keihard tegengekomen en heb ondervonden wat voor slechte verliezer ik ben!
Na deze mentale klap moest ik mijzelf in ruim anderhalve week herpakken voor de volgende wedstrijd van het Zesbanentoernooi in Alkmaar. Ik had voor mijn gevoel mijn comfortabele voorsprong verspild en moest en zou er alles aan doen om deze paar kostbare punten voorsprong te behouden. Er werd mij van alle kanten motiverende woorden toegesproken en het strijdplan werd opgezet. Ik kan mij niet herinneren dat ik dit seizoen zenuwachtig voor een wedstrijd ben geweest, maar vrijdagavondknaagde deze vervelende zenuwen toch echt aan mij.
De wedstrijd ging van start en er werden een paar vergeefse ontsnappogingen ingezet. Nog tien ronden voor het einde was het wel duidelijk dat de wedstrijd in een sprint zou eindigen. Het tempo lag deze ronden wat lager en dan krijg je tijd om na te denken... zenuwen die toch weer boven komen; wat moet ik doen? Ik manoeuvreerde mij tot voorin het peloton en werd bijgestaan door mijn ploeggenootjes. Annelies startte de sprinttrein en Anneleen zette hem voort, waardoor ik de laatste ronde af kon maken en eindigde op een tweede plaats. Yes dat voelt lekker! Volgende week is de laatste wedstrijd van het Zesbanentoernooi in Utrecht en zal ik er alles aan doen om de eerste plaats in het klassement te behouden.
Ploeggenoten bedankt voor deze wedstrijd en fijne samenwerking!